Minor Active Ageing

Miljoenen ouderen straks kwetsbaar

10-10-2014 15:03

DEN HAAG - Het aantal ouderen dat niet meer thuis kan blijven wonen, loopt in de komende twintig jaar op tot meer dan een miljoen.

Deze groep kwetsbare ouderen heeft zoveel lichamelijke, psychische en sociale problemen, dat ze vier tot vijf keer meer kans hebben om in een verzorgingshuis of verpleeghuis terecht te komen dan gezondere leeftijdgenoten. Ook lopen ze een groot risico om binnen drie jaar na het begin van de problemen te overlijden.
Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) stelt dit in een studie. Daaruit blijkt verder dat de meeste kwetsbare ouderen 75 jaar of ouder zijn, dat het veelal vrouwen zijn die hun partner hebben verloren en dat ze vaker een lage opleiding en een laag inkomen hebben. Doorslaggevend is dat ze meer dan één aandoening hebben en beperkingen in bewegen, zelfverzorging en huishouden. Nu zijn er 700.000 kwetsbare ouderen.

Sneller signaleren
Voor het onderzoek zijn zo'n duizend 65-plussers uit het hele land zeven jaar gevolgd door medewerkers van de Vrije Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Twente. Het SCP concludeert dat er zo snel mogelijk gesignaleerd moet worden dat een oudere kwetsbaar is. Dan kan die eerder en beter hulp krijgen, waardoor hij of zij langer of zelfs voor de rest van zijn of haar leven thuis kan blijven wonen.

Momenteel is de zorg daarvoor volgens het SCP nog te veel versplinterd. Als dit niet verandert, blijven door gebrek aan signalering vier op de tien kwetsbare ouderen verstoken van de verpleging en verzorging die ze nodig hebben.

In de gezondheidszorg bestaan vooralsnog verschillende ideeën over wat kwetsbaarheid bij ouderen is. Voor het SCP gaat het om meer dan één aandoening of ziekte en matige of ernstige beperkingen in bewegen, zelfverzorging en huishoudelijk werk.

Vage klachten
Onderzoeksleider Cretien Van Campen: "Het gaat om de opeenstapeling van klachten, meestal vage klachten." Hij noemt als voorbeeld een vrouw die met depressieve klachten bij de huisarts kwam. "Daar kun je medicijnen tegen krijgen", zegt Van Campen. "Maar daarmee is het probleem niet opgelost, want de vrouw kwam door die klachten niet meer zo vaak buiten, waardoor haar sociale netwerk kleiner werd. Ze bewoog daardoor ook veel minder, waardoor ze lichamelijke klachten kreeg. Hier zie je hoe het één het ander versterkt."

Samenwerking
Om daar achter te komen, moeten hulpverleners en gemeenten meer samen werken. "Het is zaak er zo vroeg mogelijk bij te zijn. Want dan kun je een opname en vooral het overlijden uitstellen."